Spoorinstellingen

Selecteer Gereedschapsymbool > Sporen.

Opnamemethode

Hiermee stelt u in hoe het toestel spoorgegevens vastlegt. Met de instelling Slim kunnen langere spooropnamen worden vastgelegd. Met de instelling Iedere seconde zijn de opnamen van sporen meer gedetailleerd, maar worden langere sporen mogelijk niet geheel vastgelegd.

Auto opslaan

Hiermee kunt u de Auto opslaan instellingen aanpassen (Instellingen voor automatisch opslaan).

Automatisch starten

Hiermee kunt u automatisch een track vastleggen zodra het toestel satellieten heeft gevonden.

Copyright © Garmin. Alle rechten voorbehouden.GUID-B322F27B-2AC8-4348-B41A-57D0E7142B69 v1