Het toestel verzonken monteren

OPMERKING

U moet toegang hebben tot de achterkant van het montageoppervlak om de benodigde hardware te installeren voor verzonken montage van dit toestel. Als u geen toegang hebt tot de achterkant van het montageoppervlak, dient u dit toestel niet verzonken te monteren, omdat u dan een gat in uw dashboard maakt en de installatie dan niet kunt voltooien, waardoor het vaartuig beschadigd kan raken.

OPMERKING

Wees voorzichtig wanneer u het gat zaagt om het toestel verzonken te monteren. Er is slechts een kleine ruimte tussen de rand van het gat en de rand van het montagekader waarmee het toestel aan het montageoppervlak is bevestigd. Als u het gat te groot maakt, kan dit de stabiliteit van het toestel na montage in gevaar brengen.

OPMERKING

Als u na de installatie geen eenvoudige toegang hebt tot de microSD® geheugenkaartsleuven aan de achterzijde van het toestel, plaatst u een microSD geheugenkaart in een of beide kaartsleuven voordat u het toestel installeert of installeert u een optionele Garmin® kaartlezer, zodat gebruikers de kaarten na de installatie gemakkelijk kunnen plaatsen en verwijderen.

U kunt de meegeleverde sjabloon en beugels gebruiken om het toestel in uw dashboard te bevestigen.

De meegeleverde beugels zijn ontworpen om het toestel te bevestigen op een montageoppervlak van minder dan of gelijk aan een dikte van 25 mm (1 in.). Als het montageoppervlak dikker is dan 25 mm (1 in.), kunt u beugels kopen voor een oppervlak met een dikte tot 50 mm (2 in.) bij uw Garmin dealer of via garmin.com

  1. Snijd de montagesjabloon uit en controleer of deze past op de locatie waar u het toestel wilt monteren.
  2. Bevestig de sjabloon op de montageplek.
  3. Maak met een boor van 14 mm (9/16 in.) een of meer gaten in de hoeken van de ononderbroken lijn op de sjabloon om het montageoppervlak voor te bereiden voor zagen.
  4. Zaag met een decoupeerzaag of slijptol het montageoppervlak uit langs de binnenkant van de streepjeslijn op de sjabloon.
  5. Verwijder de sjabloon van het montageoppervlak.
  6. Plaats het toestel in de opening Toelichting nummer één om te testen of dit past.

    Verzonken montage van het toestel met toelichtingen
  7. Gebruik indien nodig een vijl en schuurpapier om de opening heel precies op maat te krijgen.
  8. Nadat het toestel goed in de opening is geplaatst, plaatst u de beugels Toelichting nummer twee tegen de zijkanten van het toestel en stelt u de schroeven Toelichting nummer drie dichter bij de achterkant van het montageoppervlak af om het definitief vastdraaien te vergemakkelijken (optioneel).
  9. Installeer de schuimrubberen pakking Toelichting nummer vier aan de achterzijde van het toestel.

    De delen van de schuimrubberen pakking hebben een zelfklevende strip aan de achterzijde. Verwijder de beschermfolie voordat u deze delen bevestigt aan het toestel.

  10. Als u geen eenvoudige toegang hebt tot de achterzijde van het toestel nadat u dit hebt gemonteerd, verbindt u alle benodigde kabels en installeert u microSD kaarten in het toestel voordat u het toestel in de opening plaatst (optioneel).
    OPMERKING

    Bedek ongebruikte aansluitingen met de bevestigde weerkapjes om te voorkomen dat de metalen contactpunten roesten.

  11. Breng een druppel watervaste kit aan op de schuimpakking langs de binnenkant van het kader en plaats het toestel in de opening.
    TIP: Om te voorkomen dat het toestel uit het montageoppervlak valt terwijl u de beugels aan de achterkant monteert, kunt u afplaktape gebruiken of iemand anders laten helpen het toestel op zijn plaats te houden.
  12. Plaats een van de beugels tegen de zijkant van het toestel en zet het vast met een van de meegeleverde knoppen Toelichting nummer vijf.

    Verzonken montage van het toestel met toelichtingen
  13. Bevestig de andere beugel aan de andere kant van het toestel met behulp van de andere knop.
  14. Draai een van de duimschroeven vast Toelichting nummer zes totdat deze de achterkant van het montageoppervlak raakt tot deze niet verder kan.

    Draai de schroef op dit moment nog niet vast. U zet draait ze later allemaal helemaal vast.

  15. Draai de andere drie schroeven vast totdat het toestel op zijn plaats wordt gehouden op het montageoppervlak.
  16. Kijk vanaf de voorkant naar het toestel en zorg ervoor dat het in de juiste positie en recht zit. Maak indien nodig aanpassingen.
  17. Draai alle vier de schroeven vast om het toestel stevig op het montageoppervlak te bevestigen. Zorg ervoor dat u ze niet te strak aandraait.
    OPMERKING

    Draai de duimschroeven uitsluitend met de hand vast. Als u gereedschap gebruikt en de duimschroeven te strak aandraait, kan het montageoppervlak, het toestel of beide beschadigd raken.

  18. Draai de vier vleugelmoeren Toelichting nummer zeven op elke duimschroef vast om de duimschroeven op de huidige diepte te vergrendelen.
    OPMERKING: De vleugelmoeren leveren geen spanning om het toestel op het oppervlak te houden. Ze zijn ontworpen om te voorkomen dat de duimschroeven na verloop van tijd losraken.
GUID-9F62C8EE-C4A9-467C-859D-DE1771A877C8 v2
Juni 2025