Voordat u gebruik kunt maken van de GPS-navigatiefuncties, zoals het vastleggen van een spoor, moet u eerst satellietsignalen ontvangen. Het toestel dient mogelijk vrij zicht op de satellieten te hebben om satellietsignalen te kunnen ontvangen.
Ga voor meer informatie over GPS naar
www.garmin.com/aboutGPS.
- Houd ingedrukt.
- Wacht terwijl het toestel satellieten zoekt.
Als de balken groen worden, ontvangt het toestel satellietsignalen. De tijd en datum worden automatisch ingesteld op basis van uw GPS-positie.
- Loop rond om een spoor te laten vastleggen (Sporen).
- Selecteer een optie:
-
Selecteer
Kaart om uw spoor op de kaart weer te geven.
-
Selecteer
Kompas om het kompas en aanpasbare gegevensvelden weer te geven.
-
Selecteer
Tripcomputer om uw huidige snelheid, afstand en andere statistische gegevens weer te geven.