Een inReach toestel verbinden met de kaartplotter

U kunt een compatibel inReach® toestel verbinden met de kaartplotter om gegevens te beheren.

  1. Breng het inReach toestel binnen 3 m (10 ft.) van de kaartplotter.
  2. Selecteer een optie:
    • Selecteer op een inReach Mini toestel in het hoofdmenu de opties Stel in > ANT+ > Status > Aan.

    • Selecteer op een inReach Mini 2 toestel of inReach Messenger in het hoofdmenu de opties Instel​lingen > inReach Remote > Status.

    • In het hoofdmenu van een GPSMAP® 86i selecteert u Stel in > Sensors > inReach Remote > Ingeschakeld > Aan.

  3. Selecteer op de kaartplotter Schip > InReach® > Koppelen wordt gestart.

    De kaartplotter begint naar het inReach toestel te zoeken en maakt er verbinding mee. Dit kan tot 60 seconden duren.

  4. Vergelijk de code op het inReach toestel met de kaartplotter indien nodig, en selecteer OK als ze overeen komen.

De inReach en de kaartplotter maken automatisch verbinding wanneer ze binnen bereik zijn.

GUID-25CCEC48-337E-47C0-8B89-5C35CCDB65AC v27
Maart 2024