Het Wi‑Fi netwerk instellen

Dit toestel kan een Wi‑Fi® netwerk hosten waarmee u draadloze toestellen, zoals een andere kaartplotter of uw smartphone, kunt verbinden. Als u de instellingen voor het draadloze netwerk voor het eerst opent, wordt u gevraagd om het netwerk in te stellen.

  1. Selecteer Menu Instellingen > Communicatie > Wi-Fi netwerk > Wi-Fi > Aan > OK.
  2. Voer zo nodig een naam in voor dit draadloze netwerk.
  3. Voer een wachtwoord in.

    U hebt dit wachtwoord nodig om toegang te krijgen tot het draadloze netwerk vanaf een draadloos toestel, zoals uw smartphone. Het wachtwoord is hoofdlettergevoelig.

GUID-25CCEC48-337E-47C0-8B89-5C35CCDB65AC v27
Maart 2024