Als u een transducer met snelheidssensor op de kaartplotter hebt aangesloten, kunt u die snelheidssensor kalibreren om de nauwkeurigheid van de op de kaartplotter weergegeven watersnelheidsgegevens te verbeteren.
- Selecteer
.
- Volg de instructies op het scherm.
Als de boot te traag is of als de snelheidssensor niets registreert, verschijnt een melding.
-
Selecteer
OK en verhoog geleidelijk de snelheid van de boot.
-
Als het bericht weer wordt weergegeven, stop dan de boot en controleer of het wieltje met de sensor niet is vastgelopen.
-
Als het wieltje zonder problemen draait, controleer dan de kabelverbindingen.
-
Als de melding zich blijft voordoen, neem dan contact op met
Garmin® Product Support.