De GPS-instelling wijzigen

Ga voor meer informatie over GPS naar www.garmin.com/aboutGPS.

  1. Houd UP ingedrukt.
  2. Selecteer Instellingen > Activiteiten en apps.
  3. Selecteer de activiteit om deze aan te passen.
  4. Selecteer de activiteitinstellingen.
  5. Selecteer GPS.
  6. Selecteer een optie:
    • Selecteer Normaal (alleen GPS) om het GPS-satellietsysteem in te schakelen.

    • Selecteer GPS + GLONASS (Russisch satellietsysteem) voor nauwkeurigere positiegegevens in situaties met slecht zicht op de lucht.

    • Selecteer GPS + GALILEO (satellietsysteem van de Europese Unie) voor nauwkeurigere positiegegevens in situaties met slecht zicht op de lucht.

    • Selecteer UltraTrac om minder vaak spoorpunten en sensorgegevens vast te leggen (UltraTrac).

    OPMERKING: Door GPS en een ander satellietsysteem tegelijk te gebruiken, kan de levensduur van de batterij sneller afnemen dan wanneer alleen GPS wordt gebruikt. (GPS en andere satellietsystemen).
Copyright © Garmin. Alle rechten voorbehouden.GUID-B5342B9E-4C03-4F1B-9521-73E25608AF73 v7