De draadloze sensoren koppelen

Wanneer u voor de eerste keer een draadloze sensor via ANT‍+® of Bluetooth® technologie met uw toestel wilt verbinden, moet u het toestel en de sensor eerst koppelen. Nadat de koppeling is voltooid, maakt het toestel automatisch een verbinding met de sensor wanneer u een activiteit start en de sensor actief is en zich binnen bereik bevindt.

  1. Als u een hartslagmeter koppelt, moet u de hartslagmeter omdoen.

    De hartslagmeter kan pas gegevens verzenden of ontvangen als u deze hebt omgedaan.

  2. Breng het toestel binnen 3 m (10 ft.) van de sensor.
    OPMERKING: Zorg ervoor dat u minstens 10 m (33 ft.) bij andere draadloze sensoren vandaan bent tijdens het koppelen.
  3. Houd UP ingedrukt.
  4. Selecteer Instellingen > Sensoren en accessoires > Voeg toe.
  5. Selecteer een optie:
    • Selecteer Zoek alles.

    • Selecteer uw type sensor.

    Als de sensor is gekoppeld met uw toestel wordt de status van de sensor gewijzigd van Zoeken naar Verbonden. Sensorgegevens worden weergegeven in de reeks gegevensschermen of in een aangepast gegevensveld.

Copyright © Garmin. Alle rechten voorbehouden.GUID-B5342B9E-4C03-4F1B-9521-73E25608AF73 v7