Voordat u een GroupTrack sessie kunt starten, moet u beschikken over een Garmin Connect™ account, een compatibele smartphone en de Garmin Connect Mobile app.
Deze instructies gelden voor het starten van een GroupTrack sessie met fēnix® 5/5S toestellen. Als uw connecties andere compatibele toestellen hebben, kunt u deze op de kaart zien. Op de andere toestellen kunnen GroupTrack fietsers mogelijk niet worden weergegeven op de kaart.
- Ga naar buiten en schakel het fēnix 5/5S toestel in.
- Koppel uw smartphone met het fēnix 5/5S toestel (Uw smartphone koppelen met uw toestel).
- Houd op het fēnix 5/5S toestel MENU ingedrukt en selecteer als u de weergave van connecties op het kaartscherm wilt inschakelen.
- Selecteer in het instellingenmenu van de Garmin Connect Mobile app .
- Als u meerdere compatibele toestellen hebt, selecteert u een toestel voor de GroupTrack sessie.
- Selecteer .
- Selecteer Start LiveTrack.
- Start op het fēnix 5/5S toestel een activiteit.
- Blader naar de kaart om uw connecties weer te geven.
TIP: Op de kaart kunt u MENU ingedrukt houden en Nearby Connections selecteren om de afstand, de richting en het tempo of de snelheid weer te geven van andere connecties in de GroupTrack sessie.