Eenheden instellen
Selecteer
.- Systeemeenheden
-
Stelt de systeemeenheid in voor het toestel.
- Afwijking
-
Hiermee wordt de magnetische afwijking, de hoek tussen het magnetische noorden en het ware noorden, ingesteld voor uw huidige locatie.
- Noordreferentie
-
Stelt de richtingreferenties in voor het berekenen van de koersinformatie. Waar stelt het geografische noorden in als de noordreferentie. Grid stelt het kaartnoorden in als de noordreferentie (000º). Magnetisch stelt het magnetische noorden in als de noordreferentie.
- Positieweergave
-
Hiermee selecteert u het positieformaat waarmee een locatie wordt aangeduid. Wijzig het positieformaat alleen wanneer u een kaart gebruikt met een afwijkende indeling.
- Kaartdatum
-
Hiermee stelt u het coördinaatsysteem van de kaart in. Wijzig deze instelling alleen wanneer u een kaart gebruikt met een afwijkende kaartindeling.
- Drukreferentietijd
-
Stelt de referentietijd in voor het berekenen van de barometertrend. Deze waarde wordt in het veld Barometer weergegeven.
- Tijdweergave
-
Hiermee kiest u UTC-, 12-uurs- of 24-uurs-tijdweergave.
- Tijdzone
-
Stelt de tijdzone in of maakt automatische selectie mogelijk op basis van de GPS-locatie.