Uw hartslagzones instellen

De watch gebruikt uw gebruikersprofiel uit de basisinstellingen om uw standaard hartslagzones te bepalen. U kunt afzonderlijke hartslagzones voor verschillende sportprofielen instellen, zoals hardlopen, fietsen en zwemmen. Stel uw maximale hartslag in voor de meest nauwkeurige caloriegegevens tijdens uw activiteit. U kunt ook iedere hartslagzone en uw hartslag in rust handmatig opgeven. U kunt uw zones handmatig aanpassen op de watch of via uw Garmin Connect™ account.

  1. Houd UP ingedrukt.
  2. Selecteer Gebrui​kers​profiel > Hartslag- en vermogenszones > Hartslag.
  3. Selecteer Maximum hartslag en voer uw maximale hartslag in.
  4. Selecteer LDHS en voer uw lactaatdrempelhartslag in.

    U kunt een begeleide test uitvoeren om uw lactaatdrempel in te schatten (Lactaatdrempel). U kunt de functie Automatische detectie gebruiken om uw lactaatdrempel tijdens een activiteit automatisch op te nemen (Prestatiemetingen automatisch detecteren).

  5. Selecteer Rust HS > Aangepast instellen, en geef uw hartslag in rust op.

    U kunt de gemiddelde hartslag in rust op basis van uw watch gebruiken, of u kunt een aangepaste hartslag in rust instellen.

  6. Selecteer Zones > Op basis van.
  7. Selecteer een optie:
    • Selecteer % Max. HS om de zones als een percentage van uw maximumhartslag weer te geven en te wijzigen.

    • Selecteer % HSR om de zones als een percentage van uw hartslagreserve weer te geven en te wijzigen (maximale hartslag min hartslag in rust).

    • Selecteer %LDHS om de zones als een percentage van uw lactaatdrempelhartslag weer te geven en te wijzigen.

  8. Selecteer een zone en voer een waarde in voor elke zone.
  9. Selecteer Sporthartslag en selecteer een sportprofiel om afzonderlijke hartslagzones in te stellen (optioneel).
  10. Herhaal stap om sporthartslagzones toe te voegen (optioneel).
GUID-F41EAFB3-6CC9-42DE-9C6C-9E358DBB0671 v7
September 2024