De inReach afstandsbediening gebruiken

Met de inReach® Remote-functie kunt u een compatibele inReach satellietcommunicator bedienen met behulp van uw GPSMAP® H1 navigatietoestel.

OPMERKING: Mogelijk moet u de inReach Remote functie inschakelen op uw satellietcommunicator. Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw satellietcommunicator voor meer informatie.
  1. Breng uw inReach satellietcommunicator binnen 3 meter van uw GPSMAP H1 toestel.
    TIP: Uw GPSMAP H1 toestel ontvangt gegevens van één compatibel toestel tegelijk. Houd meer dan 3 m (10 ft.) afstand van andere toestellen of schakel de zendfunctie uit van toestellen waarvan u geen gegevens wilt ontvangen.
  2. Schakel de satellietcommunicator in.
  3. Selecteer op uw GPSMAP H1 navigatietoestel de optie Lijst met apps om de lijst met apps te openen en selecteer inReach Remote.
  4. Selecteer Koppel het inReach toestel > inReach Remote > Aan.

    U ziet een lijst met toestellen in de buurt.

  5. Selecteer uw satellietcommunicator in de lijst.
  6. Wacht tot het GPSMAP H1 navigatietoestel verbinding met uw satellietcommunicator maakt.
  7. Controleer of de zescijferige pincode op beide toestellen overeenkomt en selecteer OK.
  8. Selecteer een optie:
    • Als u een incheckbericht wilt verzenden, selecteert u Berichten en selecteert u Check-inbericht.

    • Als u een sms-bericht wilt verzenden, selecteert u Berichten > Nieuw bericht, selecteert u de contactpersonen en voert u de berichttekst in of selecteert u een snelbericht.

    • Om met inReach tracking te beginnen, selecteert u Volgen > Start volgen.

    • Als u een koppeling naar een trackingwebpagina wilt delen, selecteert u Volgen > Tracking link delen.

    • Selecteer Weer om een weersverwachting te bekijken.

    • Als u een SOS-bericht wilt verzenden, selecteert u SOS starten.

      OPMERKING: U dient de SOS-functie alleen te gebruiken in een werkelijke noodsituatie.
GUID-A494ACED-FFD6-481B-9DAF-D521E717FE5F v3
November 2025