Geavanceerde instellingen voor duikmodus
Houd MENU ingedrukt en selecteer .
- Dubbeltik om te bladeren
-
Hiermee kunt u dubbeltikken op de duikcomputer inschakelen om door de duikgegevensschermen te bladeren. Als u merkt dat u per ongeluk bladert, kunt u de optie Gevoeligheid gebruiken om de gevoeligheid aan te passen.
- Knop UP
-
Schakelt de knop UP uit tijdens duikactiviteiten om onbedoeld indrukken van knoppen te voorkomen.
- Stil duiken
-
Schakelt alle tonen en trillingen voor waarschuwingen tijdens duikactiviteiten uit.
- Hartslag
-
Schakelt een hartslagmeter in voor duiken. Met de optie Opgeslagen bandgegevens kunt u een borsthartslagmeter inschakelen, zoals het accessoire uit de HRM-Pro™ serie, waarmee hartslaggegevens worden opgeslagen die tijdens een duik worden gemeten. Na uw duik kunt u de gegevens van de hartslagmeter bekijken in de Garmin Dive™ app.
- Kompas
-
Kalibreert en stelt de noordreferentie voor het duikkompas in (Het kompas handmatig kalibreren).
- Tijd dat vliegen wordt afgeraden
-
Stelt de afteltimer voor de tijd dat vliegen wordt afgeraden in (Tijd dat vliegen wordt afgeraden).
- Satellieten
-
Hiermee stelt u het satellietsysteem in voor wanneer u in en uit het water gaat voor elke duikmodus (Satellietinstellingen).
- Eenheden
-
Stelt de eenheden voor afstand, diepte, temperatuur en tankdruk in voor het duiken.
- Decovergrendeling
-
Schakelt de functie decompressievergrendeling uit. De functie voorkomt duiken met één of met meerdere gassen en CCR-duiken gedurende 24 uur als u langer dan drie minuten een decompressieplafond heeft overschreden.
OPMERKING: U kunt de functie decompressievergrendeling na het overschrijden van een decompressieplafond nog steeds uitschakelen.