Brandstofinstellingen
Selecteer .
- Totaal resterende brandstof
-
Hiermee kunt u brandstofstroomsensoren of brandstoftankniveausensoren gebruiken om de resterende brandstof op het vaartuig in de gaten te houden. De optie Brandstofstroom maakt gebruik van brandstofstroomsensoren. De optie Tank maakt gebruik van brandstofpeilsensoren in de brandstoftank.
- Capaciteit brandstoftank
-
Hiermee kunt u de brandstofcapaciteit van elke brandstoftank aan boord invoeren. Deze instelling is beschikbaar wanneer de instelling Totaal resterende brandstof is ingesteld op de optie Tank. De kaartplotter gebruikt informatie van de tankniveausensoren, zodat u geen handmatige brandstofinformatie hoeft in te voeren nadat u de tanks hebt gevuld.
- Brandstofcapaciteit
-
Hiermee kunt u de totale brandstofcapaciteit van alle brandstoftanks aan boord invoeren. Deze instelling is beschikbaar wanneer de instelling Totaal resterende brandstof is ingesteld op de optie Brandstofstroom. Nadat u uw tanks hebt gevuld met brandstof, moet u de brandstofgegevens handmatig invoeren met behulp van een van de onderstaande opties.
-
Als u alle brandstoftanks op het vaartuig hebt gevuld, selecteert u Vul alle tanks. Het brandstofniveau wordt ingesteld op de maximale capaciteit.
-
Als u een brandstoftank niet helemaal hebt gevuld, selecteert u Voeg brandstof toe aan boot en voert u de toegevoegde hoeveelheid in.
-
Als u de totale hoeveelheid brandstof in de tanks van het vaartuig wilt opgeven, selecteert u Stel totale brandstof aan boord in in en voert u de totale hoeveelheid in de tanks aanwezige brandstof in.
-
- Brandstofverbruik
- Hiermee bepaalt u hoe de gegevens over het brandstofverbruik worden weergegeven in gegevensvelden en andere locaties op de kaartplotter.
- Selecteer Direct om de gegevens over het brandstofverbruik weer te geven zoals deze rechtstreeks van de motor worden ontvangen. Niet alle motoren ondersteunen deze functie.
- Selecteer Intern als u wilt dat de kaartplotter de gegevens over het brandstofverbruik berekent op basis van metingen van het brandstofverbruik.
- Als u wilt dat de kaartplotter gegevens van de motor gebruikt of de gegevens berekent als deze niet door de motor worden ontvangen, selecteert u Auto. Dit is de standaardinstelling.
OPMERKING: Garmin® is niet verantwoordelijk voor de nauwkeurigheid van de brandstofverbruiksgegevens die afkomstig zijn van een motor.