In de rolstoelmodus worden uw glances, apps en beschikbare activiteiten bijgewerkt. De rolstoelmodus heeft bijvoorbeeld duw- en handfietsactiviteiten binnen en buiten, zoals pushen - hardloopsnelheid en pushen - wandelsnelheid, in plaats van hardloop- en wandelactiviteiten. Wanneer de rolstoelmodus is ingeschakeld, volgt uw vívoactive^® 6 wach uw bewegingen als een duwbeweging in plaats van als een stap. Pictogrammen zijn ook bijgewerkt om een rolstoelgebruiker weer te geven. De watch werkt uw VO2 max. schatting niet bij wanneer u in de rolstoelmodus bent. Ongevaldetectie is ook uitgeschakeld.

De eerste keer dat u de rolstoelmodus op uw watch inschakelt, kunt u de frequentie van lichaamsbeweging selecteren om uw activiteitsniveau in te stellen op het juiste algoritme. Als de rolstoelmodus is ingeschakeld, kunt u een cadanssensor koppelen om afstand en snelheid te ontvangen bij activiteiten zoals handfietsen. Voor indooractiviteiten wordt u gevraagd een snelheidssensor te koppelen voor snelheidsgegevens, maar er is geen snelheidssensor nodig om de activiteit vast te leggen. Voor informatie over compatibiliteit van een bepaalde Garmin^® sensor, aanschaf of het raadplegen van de gebruikershandleiding, gaat u naar buy.garmin.com voor de desbetreffende sensor.

U kunt de rolstoelmodus in- of uitschakelen in de instellingen van uw gebruikersprofiel (Uw gebruikersprofiel instellen).

Ga voor meer informatie over de fysiologie van rolstoelen naar garmin.com/en-US/garmin-technology/health-science/wheelchair-physiology/.