U dient de lay-out van het toestel, de voedingsaansluiting, het NMEA 2000^® netwerk en alle toestellen voor LED-verlichting zorgvuldig te plannen alvorens aansluitingen te maken. Dit is een overzicht van de aansluitingen. Raadpleeg voor meer informatie over specifieke aansluitingen de betreffende gedeelten.

Houd bij het maken van aansluitingen rekening met de volgende overwegingen.

• Dit toestel ondersteunt maximaal 2 ampère per LED-kabelgeleider. Houd bij het plannen van lichtaansluitingen rekening met de stroombehoefte van alle mogelijke belastingscombinaties om ervoor te zorgen dat de totale actieve belasting bij gebruik niet hoger is dan 2 ampère per LED-kabelgeleider.

• U moet alle verlichting aansluiten op een gemeenschappelijke aarding.

• U moet alle blootliggende bedradingsverbindingen maken met waterdichte connectoren van geschikt formaat of waterdichte krimpkousen.

• Nadat de installatie is afgerond moet u alle ongebruikte blootliggende bedradingsverbindingen isoleren.

• Bij het verlengen van draden moet u de juiste draaddikte gebruiken voor de afzonderlijke draden op de kabelgeleiders.

• Voorkom interferentie door de luidspreker- en de LED-draden niet te bundelen of naast elkaar te leggen.

• Dit toestel moet zijn aangesloten op hetzelfde NMEA 2000 netwerk als de kaartplotter of stereo die u wilt gebruiken voor het bedienen van de LED-verlichting (NMEA 2000 Netwerkverbinding).