Systeeminstellingen

Selecteer INSTELLEN > SYSTEEM op de menupagina.

GPS-MODUS

Hiermee wordt het satellietsysteem ingesteld op GPS, MULTI-GNSS, ULTRATRAC, or DEMO (GPS uit). Met de optie ULTRATRAC worden er minder vaak spoorpunten en sensorgegevens vastgelegd.

MULTIBAND

Hiermee activeert u meerdere satellietsystemen op meerdere frequentiebanden. Dit zorgt voor consistentere spoorlogs, verbeterde positionering, minder multi-padfouten en minder atmosferische fouten bij gebruik van het navigatiesysteem in moeilijke omgevingen.

PIEPER

Hiermee stelt u in dat de zoemer alleen klinkt voor geluiden van belangrijke knoppen en voor berichten, of alleen voor berichten.

BATTERIJ

Hiermee kunt u het type AAA-batterij wijzigen voor nauwkeurigere informatie over de batterijcapaciteit.

TAAL

Hiermee kunt u de taal selecteren voor de tekst die op het toestel wordt weergegeven.

INTERFACE

Hiermee kunt u de USB-poort van het toestel gebruiken voor de meeste NMEA® NMEA 0183-compatibele kaartprogramma's door een virtuele seriële poort te maken.

EIGENAAR

Hiermee kunt u informatie over de eigenaar opgeven, zoals uw naam, en deze laten weergeven als u het toestel inschakelt.

GUID-1B6BD381-3FB9-4F7D-BBB3-79BE9207F8FA v3
Februari 2025